
Goed geconserveerde rotssculptuur daterend tussen 4000-7000 voor Chr. ontdekt in de bossen van Kudopi in het kustgebied Konkan.
Bron: India Times van 20 november 2012, Times Of India.
Bewerking van het artikel en plaatsing in het historische kader van vόόr de Veda’s en vόόr het Hindoeïsme door Annine van der Meer. Nog altijd leven elementen uit deze vrouwvriendelijke Neolithische tijden in India voort.
Voor-Vedisch India. Vόόr de invasies van de Indo-Europeanen die in India ook wel Ariërs genoemd worden, kent India de hoogstaande oudere culturen der Dravidische volken. Zij zijn donker, rank en klein van stuk terwijl de rond 2000 v. Chr. uit het Noorden binnenvallende Indo-Europeanen langer en blanker zijn.
Deze oudere culturen vind je in India zowel in:
- het noordoosten bij landbouwende volken der Khasi en Garo uit Meghalaya
- het noordwesten van India en Pakistan in de oude Indusculturen met o.a. de antieke Indussteden Harappa en Mohenjo-Daro
- in Centraal- en Zuid-India bij de Nayar, Pulayan en Parayan.
Restculturen. Er zijn vandaag de dag nog altijd restculturen waarin elementen van deze voor-Indo-Europese cultuur in India voortleven. Godinnen als Kali en Devi, komen uit een voor-Hindoeïstische culturele laag zijn transcultureel overgeleverd en worden ook nu nog in hindoeïstisch India geëerd.
De staat Maharashtra in India. Met rode oortjes las ik al weer enige tijd geleden het boek van Graham Hancock, Underworld, the Mysterious Origins of Civilization, London 2002. Daarin beweert hij o.a. over voor-Hindoeistisch en voor-Vedisch India dat grote gebieden van een verzonken beschaving met een belangrijke voor-vedische wijsheidstraditie zowel in West, Zuid en Oost-India op de zeebodem voor de huidige kustlijn te vinden zijn. Hancock ziet onderwater allerlei megalithische structuren en duikt allerlei brokstukken van de zeebodem op. Zeer oude steden zijn overspoeld door het al maar stijgende zeewater. In zijn boek geeft Hancock allerlei kaarten waarop te zien is wat de oude Indiase kustlijn geweest is; op dit moment ligt deze ver in zee en is het landoppervlak veel kleiner geworden. Tegen deze achtergrond verbaast het daarom niet dat men in de oerwouden die de kuststreek van Centraal-West-India omzomen, bewijzen heeft gevonden van een zeer oude cultuur waarin het vrouwelijke bijzonder gerespecteerd werd. Hieronder meer over deze oude vondsten, maar eerst het volgende over het moderne India.
Maharashtra’s oude gebeeldhouwde rotsen. De hiernavolgende informatie is afkomstig uit de India Times, 20 november 2012; bron: Indiatimes.com.
De vondsten. In de bossen van de Indiase kuststreek Konkan in de rijke staat Maharashtra in Centraal-West- India zijn imposante rotssculpturen aangetroffen die dateren van 7000 tot 4000 voor Christus.
Er zijn meer dan 60 grote en kleine afbeeldingen gevonden van de moedergodin, vogels en dieren. Het gaat om één van de grootste vondsten die ooit in het land is ontdekt. Door de belangrijke historische vondst staat het district Sindhudurg, op de grens tussen de deelstaten Maharashtra en Goa, plotsklaps op de wereldkaart van de rotskunst.
Unieke kunststukken. De ontdekking werd afgelopen mei gedaan tijdens een expeditie. Expeditieleider Satish Lalit presenteerde zijn bevindingen tijdens het 17e jaarlijkse congres van de Rock Art Society of India (RASI). De eminente Indiase historicus Sundara Adiga sprak van ‘unieke en prachtige kunststukken’. Hij voegde toe dat ze inzicht geven in de menselijke ontwikkeling in die tijd en zorgvuldig bewaard moeten blijven.
Hoge sociale status. Lalit stelde op basis van de manier waarop de stenen zijn bewerkt vast dat ze uit het neolithicum stammen. De meest opvallende sculptuur laat een moedergodin zien en is 4,5 meter hoog. In die tijd genoten vrouwen een zeer hoge sociale status en werden ze geëerd en aanbeden door volksstammen, aldus Lalit.
De archeologische vindplaats werd ontdekt na bruikbare aanwijzingen van dorpelingen. De rotssculpturen werden gevonden nadat het team enkele keren diep was doorgedrongen tot de bossen.
Historisch overzicht. De eerste vermeldingen van de Konkan (als sapta-konkan) komen uit de Skanda Purana. De Romeinen voerden rond het begin van de christelijke jaartelling al handel met dit deel van India. Deze handel leidde tot de economische opbloei van het gebied; en de opkomst van de Satavahanadynastie in het achterland. Achtereenvolgens werd het gebied daarop gedeeltelijk of geheel beheerst door verschillende rijken, waaronder de Rashtrakuta’s (8e tot 10e eeuw), de Westelijke Chalukya’s (10e tot 12e eeuw), het Vijayanagararijk (14e tot 16e eeuw) en de Mogols (16e tot 17e eeuw). De streek bleef een belangrijke economische rol hebben dankzij de handel met Europa en het Midden-Oosten. De Europese koloniale machten stichtten er handelsnederzettingen en forten. Mumbai is bijvoorbeeld ontstaan als Portugese nederzetting, die later overging naar de Britten.
Annine van der Meer, december 2012